Gastbijdragen van Laureyne, vrijwilliger van het Fair Fashion Fest.
Het is intussen geen geheim meer dat de kledingindustrie barre arbeidsomstandigheden in de hand werkt. Onveilige fabrieksgebouwen, te lange werkdagen en kinderarbeid zijn vandaag nog steeds veeleer een normaliteit dan een uitzondering. Textielarbeiders werken vaak 60 tot 90 uur in één week en kinderen worden nog al te vaak als arbeidskracht ingeschakeld op katoenplantages.
Dat die kledingindustrie daarnaast ook een niet-te-onderschatten invloed heeft op het milieu, beginnen we de laatste jaren vaker te horen. Volgens Eileen Fisher is het de tweede grootste vervuiler wereldwijd, waarbij olie op één staat. Waarom is het produceren van onze kledij zo impactvol op het milieu en de gezondheid?
CO² uitstoot
De grootste factor is de afstand van onze kledij: 60% wordt geproduceerd in ontwikkelingslanden. Niet alleen drukt dat de prijzen, ook zijn bepaalde wetgevingen daar veel lakser. Eénmaal geproduceerd wordt de kledij naar andere landen verscheept. De vrachtschepen die hiervoor gebruikt worden stoten veel CO2 uit, mede omdat hier weinig regelgeving rond bestaat. Naast het vervoer, is de productie zelf ook verantwoordelijk voor een groot deel van de CO2 uitstoot. De energie die in fabrieken van de producerende landen gebruikt wordt is vaak afkomstig van steenkool. Goedkoop, maar er komen veel schadelijke stoffen bij vrij. Volgens de statistieken van Milieu Centraal is kledij goed voor een uitstoot van 5,3% CO2.
Waterverbruik
Topmerk Nike geeft in zijn duurzaamheidsrapport aan dat 73% van het totale waterverbruik bij de productieprocessen naar de teelt van katoen gaat. Om een jeansbroek te produceren is er gemiddeld 8000 liter water nodig. Voor een katoenen T-shirt is dit gemiddeld 2400 liter. Ter vergelijking: een gemiddelde douchebeurt verbruikt 40 liter water. Dat zijn heel wat douchebeurten in één broek of T-shirt.
Het waterverbruik op zich is al behoorlijk belastend, daarbij komt ook nog eens de vervuiling van het water. De textielindustrie wordt beschouwd als de belangrijkste vervuiler van water. Door het proces van ‘nat bewerken[1]’, wordt een grote hoeveelheid water met giftige afvalstoffen uitgestoten.
Elk jaar wordt 1,9 miljard liter drinkwater gebruikt om kledij te verven, om het vervolgens zonder zuiveren opnieuw in de rivier te dumpen. Door de vervuiling van dit water worden mensen ernstig ziek, sterven er dieren en gaat onze natuur kapot.