De toestellen die ons toegang geven tot de virtuele wereld zijn heel erg reëel: ze kosten geld, verbruiken energie, volgen elke stap in ons leven en maken er handelswaar van, worden geassembleerd in enorme fabrieken en draaien op steeds zeldzamere mineralen. Niet iedereen die in de productie van computers en telefoons betrokken is wordt daar beter van. Om de zoveel tijd verschijnen rapporten of reportages over uitbuiting van arbeiders, over ongezonde arbeidsomstandigheden, over hoe de mineralenhandel in bepaalde regio’s burgeroorlogen of andere vormen van onderdrukking in stand houden.
Elektronicabedrijven lijken er bovendien een sport van te maken om hun toestellen sneller stuk te laten gaan, dan eigenlijk nodig. Dat heet dan 'geplande veroudering'.