Brugge, Gent & Kortrijk. Van 7 tot 17 oktober reist een mobiel textielatelier doorheen Brugge, Gent en Kortrijk met de eis voor een leefbaar inkomen, transparantie en een zorgplicht in de kledingsector.
“Iedereen begon te rennen. Overal was er geroep. Ik viel van mijn stoel. Het werd zwart voor mijn ogen. En toen werd het stil. Het gebouw was ingestort en ik zat 24 uur lang geklemd.”, dit is een fragment uit één van de getuigenissen die tijdens de Week van de Fair Trade te horen zal zijn in het rondreizende textielatelier in Brugge, Gent en Kortrijk. De 33-jarige kledingarbeidster, Nilufar Rahman, overleefde de instorting van de textielfabriek in Rana Plaza 7 jaar geleden. De ramp luidde jaren van internationaal protest in tegen de slechte arbeidsomstandigheden in de textielsector. Maar 7 jaar later is er nog steeds veel werk aan de winkel.
“Het leeuwendeel van de kleding die we kopen, wordt geproduceerd in erbarmelijke toestanden. Los van het gebrek aan een degelijk inkomen zijn intimidatie en discriminatie op de werkvloer geen uitzondering, zijn veel werkplekken onveilig verklaard, worden geluidsnormen met de voeten getreden en wordt kinderarbeid getolereerd. Kledingarbeid(st)ers kunnen deze wanpraktijken moeilijk aankaarten want de vakbondsvrijheid staat onder druk. Lastige vragen worden liever vermeden of worden bekocht met een ontslag. De wantoestanden vinden ver van ons bed plaats, en zijn - mede door gebrekkige communicatie van de kledingmerken - veelal onzichtbaar voor de consument. Met dit textielatelier willen we het onrecht dat miljoenen kledingarbeiders treft, aankaarten” aldus de organisatoren.